Gezag

Van oudsher hebben Nederlanders niet veel op met gezag. Ik weet niet hoe dat komt, maar het zit diep in onze volksaard. Als een Duitser op een verkeersbord ziet dat hij 50 km/u mag rijden, dan rijd hij 50 km/u. Een Nederlander denkt: ik kan hier volgens mij best iets sneller.


Laten we positief beginnen: die opstelling getuigt in ieder geval van een sterk karakter en voldoende zelfvertrouwen. Een Nederlander durft zelf te beoordelen wat kan en wat niet kan en houdt niet van regels. Exemplarisch is het liedje dat ooit zong: ’15 miljoen mensen, op dat hele kleine stukje aarde. Die schrijf je niet de wetten voor, die laat je in hun waarde.’


Een bevolking waarvan een flink deel denkt zelf allerlei dingen het beste te kunnen beoordelen is echter ook lastig. Dat bleek bijvoorbeeld in de Coronajaren. Naarmate de tijd toen vorderde begonnen steeds meer mensen zich te verzetten tegen maatregelen van de overheid. ‘Ik heb zelf onderzoek gedaan op Facebook, en er deugt niets van.’ Exit RIVM.


En er ligt meer onder vuur. Wetenschap is tegenwoordig ‘ook maar een mening’. Rechters en politici zijn op de maatschappelijke ladder in een vrije val terecht gekomen. En het spreekt vanzelf dat er überhaupt niemand meer luistert naar de dominee. Zelf thuis niet.


Het moeilijkst van allen heeft de politie het, dat zijn sowieso ‘allemaal nazi’s’. Maar ook brandweerlieden en ambulancepersoneel worden uitgejouwd en bekogeld. Artsen op hun beurt worden bedreigd, want de patiënt heeft zelf al gegoogeld en wil zijn medicijn. Nu.


Alle gezag heeft het dus moeilijk. De eerste gedachte van een Nederlander als hij met gezag wordt geconfronteerd is: wie ben jij dat je mij de wet kunt voorschrijven ? De kerk vormt daarop geen uitzondering. Natuurlijk niet, de kerk zit immers vol met Nederlanders. Bij de classis merken we dat vooral bij het aanstellen van predikanten en kerkelijk werkers.


Want u weet, daaraan is een tekort. En daarom wringen gemeenten zich soms in allerlei bochten om een voorganger te vinden, bevoegd of niet. En bij dat laatste gaat de schoen knellen. Want bevoegdheid heeft alles met kwaliteit te maken. Als je een operatie moet ondergaan, dan ga je ook niet naar een chirurg die de helft van de opleiding heeft gevolgd.


De kerk hecht dus aan opleiding. Ik begrijp dat het paradoxaal klinkt, maar juist in een tijd van krimp is kwaliteit van belang. Zeker nu kunnen we ons geen onbevoegde voorgangers veroorloven. Soms is het voor ons als classis niet leuk om dat te moeten zeggen. Je voelt je een agent die bij 60 km/u bekeurt. En dat is niet leuk. Niet leuk nee, maar wel nodig.


Mocht daaraan behoefte bestaan, dan kunt u zonder toestemming de column overnemen in kerkblad of op website.